Oktober 2011: Van 't Katoentje tot UCO Yarns

Op 30 april 2010 legde het bedrijf UCO-Yarns, Engels voor UCO Garen, de boeken neer. Eddy Pollet en Ewald Vancoppenolle, oud-personeelsleden van de afdeling UC0 Brugge, bouwden als afscheid en eerbetoon een tentoonstelling over het bedrijf. Zij gebruikten daarvoor een deel van het bedrijfsarchief dat zij hadden gered van de papiercontainer en dat in 2012 trouwens officieel aan onze heemkring werd geschonken. Aansluitend bij die expositie schreven zij ook een brochure. De tentoonstelling kreeg veel oud-werknemers over de vloer.

UCO Brugge startte haar productie in 1956 als een samenvoeging van de UCO-vestigingen in Sint-Kruis en Assebroek.

In 1919 had UCO de spinnerij Cotonnière d’Assebrouck in de Nijverheidsstraat in Assebroek overgenomen. Die was eind 19de eeuw opgericht in opdracht van de bank Dujardin en werd na faling later opgekocht door enkele Brugse industriëlen. Iedereen sprak van ‘t Katoentje en niet van UCO. UCO legde die afdeling in 1956 stil en liet die dus opgaan in de nieuwe vestiging UCO Brugge.

 

In 1926 (of 1931?) kocht UCO Gent de “Tissage Saint-Croix” af van de familie Dooghe.  Die UCO-afdeling eindigde in 1967.

In 1956 kocht UCO-Gent dan een textielfabriek op die sinds eind 19de eeuw actief was langs de Jacob Van Arteveldestraat nabij het havencomplex in Brugge. UCO moderniseerde de fabriek tot de moderne spinnerij UCO Brugge. Die had de eerste dertig jaar de wind in de zeilen en werd zelfs tweemaal vergroot. Op zijn hoogtepunt kon het bedrijf aan 500 personen werk verschaffen.

De eerste crisis meldde zich aan in 1978-’79 toen Pakistan en India massaal beterkoop huishoudlinnen op de Europese markt afzetten. In 1980 moest het bedrijf een eerste herstructurering ondergaan. De afdeling huishoudlinnen werd definitief stilgelegd en Picanol leverde moderne getouwen om voortaan ribfluweel (“pane”) en jeans te weven.

Op 1 oktober 1990 wijzigde UCO Brugge haar naam in UCO Yarns N.V. met de bedoeling de verschillende UCO-entiteiten in afzonderlijke productie-eenheden op te splitsen en zo fusies met andere collega’s mogelijk te maken. Voor de werknemers bleef alles ongewijzigd.

In 1991 noteerde UCO Brugge een verlies van iets meer dan 1 miljoen euro en daarom verving het bedrijf het geldende zesploegenstelsel door een klassieke drieploegenregeling, aangevuld met overbruggingsploegen die op zaterdag en zondag twaalf uren werkten. Ook besparingen en een extra investering in volautomatisch plukmachines circa 2000 leverden niet het verwachte resultaat op.

De verliezen bleven zich opstapelen en in januari 2010 kwam de beslissing om de activiteiten te stoppen en de meeste moderne machines naar AVS in de faciliteitengemeente Spiere Helkijn (West-Vlaanderen) over te brengen.

(Ewald Vancoppenolle)

Foto's: Yvette Kemel